A process for encapsulation of polar organic solvents with amphiphilic
copolymer shell using controlled/living polymerization is provided for the
first time. To encapsulate polar core-oils an amphiphilic polymer is
required that has low interfacial tensions with both the oil phase and the
water phase. For example, Poly(methyl methacrylate-co-poly(ethylene
glycol) methacrylate) (PMMA-co-PegMA) was prepared in suspension
polymerization conditions using atom transfer radical polymerization
(ATRP). ATRP ensures that the water soluble comonomer, PegMA, is
incorporated into every polymer chain throughout the polymerization
reaction so that all chains possess the desired amphiphilic character.
Crosslinking of PMMA-co-PegMA with diethylene glycol dimethacrylate
(DegDMA) yielded hollow capsular particles at 31 mol % PegMA in the
terpolymer. Particles prepared with similar monomer feed ratios by
conventional free radical polymerization did not exhibit a core shell
structure confirming the need for controlled/living polymerization to
ensure the preparation of an amphiphilic copolymer in suspension
polymerization conditions.
Een proces voor inkapseling van polaire organische oplosmiddelen met het amphiphilic copolymeershell gecontroleerd gebruiken/het leven polymerisatie wordt voor het eerst verstrekt. Om polaire kern-oliën in te kapselen wordt een amphiphilic polymeer vereist dat lage spanningen tussen twee raakvlakken met zowel de oliefase als de waterfase heeft. Bijvoorbeeld, Poly(methyl methacrylate-mede glycol) methacrylate) (pMMA-mede-PegMA) voorbereidingen getroffen in de voorwaarden van de opschortingspolymerisatie gebruikend de radicale polymerisatie van de atoomoverdracht (ATRP). ATRP zorgt ervoor dat in water oplosbare comonomer, PegMA, in elke polymeerketting door de polymerisatiereactie wordt opgenomen zodat alle kettingen het gewenste amphiphilic karakter bezitten. Het crosslinking van pMMA-mede-PegMA met diëthyleenglycol dimethacrylate (DegDMA) bracht holle capsuledeeltjes bij 31 mol% PegMA in terpolymer op. De deeltjes die met de gelijkaardige verhoudingen van het monomeervoer door conventionele vrije basispolymerisatie worden voorbereid stelden geen kernshell structuur tentoon die de behoefte aan gecontroleerd/het leven polymerisatie bevestigt om de voorbereiding van een amphiphilic copolymeer in de voorwaarden van de opschortingspolymerisatie te verzekeren.
