The inventive method for producing packaging materials consisting of a
polyolefin foam layer (B) coated with a coating film (A) on at least one
side, which packaging material is formable into self supporting packaging
items, such as trays, by thermoforming or folding, comprises a coextrusion
step or an extrusion lamination step in which step the bonding between the
polyolefin foam layer (B) and the coating is achieved. With the extrusion
lamination step, the method is as follows: In a first method step, a
single-layer or multi-layer coating film (A) is produced by extrusion or
coextrusion, in a second method step a polyolefin foam sheet (B) is
produced by expansion and extrusion and in the third method step the
polyolefin foam sheet (B) is coated with the coating film (A) by extrusion
lamination, wherein a polyolefin bonding layer (30) is extruded between
the foam sheet (B) and the coating film (A) and pressure is applied to the
combination. At least the one surface of the coating film (A) facing the
foam layer (B) consists of a polyolefin and this bonding layer (14) and
the further bonding layer (30) extruded in the third method step consist
of polyolefins based on the monomer which is the main monomer of the
polyolefin of the foam layer (B).
De vindingrijke methode om verpakkende materialen te produceren die uit een polyolefin schuimlaag (B) bestaan die met een deklaagfilm (A) met een laag wordt bedekt aan minstens één kant, welk verpakkend materiaal in zelfstandige verpakkende punten, zoals dienbladen, door thermoforming of formable is te vouwen, bestaat uit een co-extrusiestap of uit een stap van de uitdrijvingslaminering in welke stap het plakken tussen de polyolefin schuimlaag (B) en de deklaag wordt bereikt. Met de stap van de uitdrijvingslaminering, is de methode als volgt: In een eerste methodestap, wordt een single-layer of multi-layer deklaagfilm (A) geproduceerd door uitdrijving of co-extrusie, in een tweede methodestap wordt een polyolefin schuimblad (B) uitgevaardigd door uitbreiding en uitdrijving en in de derde methodestap wordt het polyolefin schuimblad (B) met een laag bedekt met de deklaagfilm (A) door uitdrijvingslaminering, waarin een polyolefin laag plakkend (30) tussen het schuimblad (B) en de deklaagfilm (A) wordt uitgedreven en de druk wordt toegepast op de combinatie. Minstens bestaat de één oppervlakte van de deklaagfilm (A) die de schuimlaag (B) onder ogen ziet uit polyolefin en deze laag plakkend (14) en verdere laag plakkend (30) die in de derde methodestap wordt uitgedreven bestaan uit polyolefins die op het monomeer wordt gebaseerd dat het belangrijkste monomeer van polyolefin van de schuimlaag (B) is.