Methods and apparatus are disclosed for allocating and using range
identifiers as input values to associative memories, especially binary
content-addressable memories (CAMs) and ternary content-addressable
memories (TCAMs). In one implementation, each of multiple non-overlapping
intervals are identified with one of multiple unique identifiers. An
indication of a mapping between the multiple non-overlapping intervals and
the multiple unique identifiers is maintained. A particular unique
identifier is determined from said multiple unique identifiers based on a
value and said multiple non-overlapping intervals. A lookup operation is
performed on an associative memory using the particular unique identifier
to generate a result. One implementation uses a trie representation of a
range tree of the intervals to derive the unique identifiers. Moreover,
one implementation evaluates and selects among various possible trie
representations, especially to determine identifiers such that a TCAM
prefix may match multiple intervals corresponding to a desired range.
De methodes en de apparaten worden onthuld voor het toewijzen van en het gebruiken van waaierherkenningstekens als inputwaarden aan associatief geheugen, vooral binair tevreden-adresseerbaar geheugen (CAMs) en ternair tevreden-adresseerbaar geheugen (TCAMs). In één implementatie, wordt elk van veelvoudige niet-overlapt intervallen geïdentificeerd met één van veelvoudige unieke herkenningstekens. Een aanwijzing van een afbeelding tussen de veelvoudige niet-overlapt intervallen en de veelvoudige unieke herkenningstekens wordt gehandhaafd. Een bepaald uniek herkenningsteken wordt bepaald van bovengenoemde veelvoudige unieke herkenningstekens die op een waarde en bovengenoemde veelvoudige niet-overlapt intervallen worden gebaseerd. Een raadplegingshandeling wordt uitgevoerd op een associatief geheugen gebruikend het bijzondere unieke herkenningsteken om een resultaat te produceren. Één implementatie gebruikt een trievertegenwoordiging van een waaierboom van de intervallen om de unieke herkenningstekens af te leiden. Voorts evalueert één implementatie en selecteert onder diverse mogelijke trievertegenwoordiging, vooral om herkenningstekens te bepalen dusdanig dat een prefix TCAM kan veelvoudige intervallen aanpassen die aan een gewenste waaier beantwoorden.
