An animal enclosure cover may be provided on an animal enclosure (such as an aquarium) to prevent the escape of animals therein. The animal enclosure cover includes a stationary panel and one or more clamping members, wherein the clamping members are used to affix the stationary panel atop the animal enclosure. The stationary panel is bounded by a peripheral frame having opposing upper and lower surfaces. Each clamping member similarly has opposing upper and lower surfaces, and the clamping member upper surfaces are shaped to extend in parallel relation to at least a portion of the peripheral frame of the stationary panel. The stationary panel may therefore be fit on the top rim surface of the enclosure rim of the animal enclosure, and each of the clamping members may be fit below the enclosure rim with the upper surfaces of the clamping members being aligned in parallel spaced relationship to the lower surface of the stationary panel. The stationary panel and clamping members may then be brought together to clamp the enclosure rim therebetween, and an attachment member (such as a fastener, hook, clip, etc.) may be extended between the stationary panel and clamping members to affix them together on the enclosure rim. Where the stationary panel does not occupy the entirety of the enclosure rim, a door may be pivotally affixed to the peripheral frame of the stationary panel so that the door abuts a portion of the enclosure rim. The door may be opened to allow access to the interior of the animal enclosure, and it may bear a latch which can be actuated to engage the enclosure rim when the door is closed.

Een dierlijke bijlagedekking kan op een dierlijke bijlage (zoals een aquarium) worden voorzien om de vlucht van dieren daarin te verhinderen. De dierlijke bijlagedekking omvat een stationair paneel en één of meerdere vastklemmende leden, waarin de vastklemmende leden worden gebruikt om het stationaire paneel boven op de dierlijke bijlage te hechten. Het stationaire paneel is begrensd door een randkader die verzettende hogere en lagere oppervlakten hebben. Elk vastklemmend lid heeft zo ook verzettende hogere en lagere oppervlakten, en de het vastklemmen lid hogere oppervlakten worden gestalte gegeven om zich in parallelle relatie aan minstens een gedeelte van het randkader van het stationaire paneel uit te breiden. Het stationaire paneel kan daarom op de hoogste randoppervlakte van de bijlagerand van de dierlijke bijlage geschikt zijn, en elk van de vastklemmende leden kan onder de bijlagerand met de hogere oppervlakten die van de vastklemmende leden geschikt zijn in parallelle uit elkaar geplaatste verhouding aan de lagere oppervlakte van het stationaire paneel worden gericht. Het stationaire paneel en de vastklemmende leden kunnen dan worden samengebracht om de bijlagerand vast te klemmen therebetween, en een gehechtheidslid (zoals een bevestigingsmiddel, een haak, een klem, enz.) kan tussen het stationaire paneel en de vastklemmende leden worden uitgebreid om hen op de bijlagerand samen te hechten. Waar het stationaire paneel niet de totaliteit van de bijlagerand bezet, kan een deur van groot belang aan het randkader van het stationaire paneel worden gehecht zodat de deur aan een gedeelte van de bijlagerand grenst. De deur kan worden geopend om toegang tot het binnenland van de dierlijke bijlage te verlenen, en het kan een klink dragen die kan worden aangedreven om de bijlagerand in dienst te nemen wanneer de deur wordt gesloten.