A color cathode ray tube including a generally rectangular shadow mask with at least a long side, a short side and a corner, and having a curved apertured portion with a multiplicity of electron-transmissive apertures, a curved imperforate portion surrounding and integral with the apertured portion and a skirt portion bent back from a periphery of the curved imperforate portion. A generally rectangular support frame is provided for suspending the shadow mask by spot welding the skirt portion thereto within a panel portion of the color cathode ray tube. The skirt portion is provided with a plurality of slits extending in a direction of a height of the skirt portion and a plurality of embossments extending in the direction of the height of the skirt portion in one of a long side and a short side of the skirt portion. The plurality of slits and the plurality of embossments are juxtaposed around a circumference of the skirt portion with a majority of the plurality of slits in the one of the long side and the short side of the skirt portion being unbridged slits or with the plurality of slits extending a distance no greater than 70% of the height of the skirt portion from a rear end of the skirt portion on an opposite side thereof from the panel portion.

Een kleurenkathodestraalbuis met inbegrip van een over het algemeen rechthoekig schaduwmasker met minstens een lange kant, een korte kant en een hoek, en het hebben van een gebogen apertured gedeelte met een multipliciteit van elektron-transmissive openingen, het gebogen imperforate gedeelte omringen en een integraal met het apertured gedeelte en een rokgedeelte boog terug van een periferie van het gebogen imperforate gedeelte. Een over het algemeen rechthoekig steunkader wordt verstrekt voor daaraan het opschorten van het schaduwmasker door vleklassen het rokgedeelte binnen een paneelgedeelte van de kleurenkathodestraalbuis. Het rokgedeelte wordt voorzien van een meerderheid van spleten zich in een richting van een hoogte van het rokgedeelte uitbreiden en een meerderheid die van embossments zich in de richting van de hoogte van het rokgedeelte uitbreiden in één van een lange kant en een korte kant van het rokgedeelte. De meerderheid van spleten en de meerderheid van embossments worden naast elkaar geplaatst rond een omtrek van het rokgedeelte met een meerderheid van de meerderheid van spleten in één van de lange kant en de korte kant van het rokgedeelte dat unbridged spleten of met de meerderheid die van spleten een afstand neen groter uitbreidt dan 70% van de hoogte van het rokgedeelte van een achtereind van het rokgedeelte aan een tegenovergestelde kant daarvan van het paneelgedeelte is.